Postcoderoos

Postcoderoos (energiecoöperatie) of panelen op eigen dak?

Vorig jaar is de postcoderoos met veel tam-tam aangekondigd. Het is één van de kroonjuwelen uit het Energieakkoord. Vanaf 1 januari 2014 kan er gebruik van worden gemaakt.

Hoe aantrekkelijk is deelname aan een coöperatie? Is die optie aantrekkelijk voor mensen zonder geschikt eigen dak of is het ook een alternatief voor het plaatsen van panelen op je eigen dak?

Door het rekenwerk van Sven Pluut (zie hieronder), weten we dat een postcoderoos een rendement KAN opleveren van ongeveer 3%. Dat is hoger dan de spaarrente van dit moment (Rabo: 1,1% variabel), maar is toch lager is dan de spaarrente die je kan krijgen als je het lang vastzet (Rabo: 3,7% – 16 jaar vast). Waarom 16-17 jaar? Omdat dit de terugverdientijd is bij een installatie van –pak hem beet- 200 zonnepanelen.

Zet dat af tegen het rendement dat je met zonnepanelen vandaag de dag op je eigen dak kan behalen. Dan praat je over terugverdientijden van 5 tot 10 jaar (afhankelijk van situatie) en een jaarlijks rendement van 10% tot 19% (ok, die laatste is met lokale subsidie).

Hoe kom ik daaraan?

Bij een energiecoöperatie kunnen de leden van de coöperatie gebruik maken van een Postcoderoos - postcodegebiedenfiscale korting van 7,5 cent (ex. BTW) en 9 cent incl. BTW. De zonnepanelen komen op het dak van een groot pand (school, bedrijf, kantoor, loods) en de leden uit een postcodegebied en aangrenzende postcodegebieden (de postcoderoos), kunnen er gebruik van maken.

De reden dat zo’n postcoderoos zo matig rendeert komt doordat het voordeel ook uit die fiscale korting moet komen. Zelfs bij een scherpe prijs voor de zonnepanelen (€ 1,35 per Wattpiek), valt het dan niet mee om dat rendement op te krikken. Bijkomend is, dat er voldaan moet worden aan regels en randvoorwaarden (netaansluiting, verzekeringskosten, vrijwaring voor bestuur), zaken die bij een eigen thuisinstallatie, niet of veel minder spelen.

De eerder genoemde Sven Pluut, voorvechter van duurzame energie-opwekking, heeft het verdienmodel van een installatie van 200 panelen voor een coöperatie doorgerekend.

Daarbij wordt uitgegaan van een zo gunstig, (lees:..) zo goedkoop mogelijke oplossing:

  • de gebouweigenaar stelt het dak zonder vergoeding ter beschikking (??);
  • onderhoudskosten (bv. dakvervanging) worden door de gebouweigenaar niet verrekend (??);
  • de bewoners zetten zelf een coöperatie op (niet via derden);
  • ze krijgen een goedkope netaansluiting (niet zeker);
  • er worden geen jaarlijkse kosten gemaakt voor beheer (coöperatie) of administratie;
  • maar er zijn wel verzekeringen (zonnepanelen en aansprakelijkheid).

In dit geval komt het rendement uit op 3%, bij een terugverdientijd van 16 jaar. Wil je de spreadsheet bestuderen, haal hem dan hier op.

Anderen, zoals Martijn Messing (Energie+), gaan uit van minder gunstige voorwaarden en concluderen dan ook dat de postcoderoos niet rendabel te krijgen is (link).

Zelf ben ik van mening dat een postcoderoos wel rendabel te krijgen is (met een heeeel slanke organisatie en beheer), maar dat de postcoderoos geen alternatief is voor zonnepanelen op je eigen dak, als je die mogelijkheid hebt.

De bron (windenergie of zonnepanelen) heeft ook grote invloed op het rendement, door de andere kostenstructuur. Dat geldt ook voor de schaalgrootte. Het maakt veel uit of je het hebt over 200 zonnepanelen of enkele duizenden. Maar bij enkele duizenden, praat je over een grondgebonden opstelling (braakliggende terreinen, weilanden) en daar komen dan weer andere kosten uit voort (pacht / grondrente, installatie- en netwerkkosten, verzekering en bewaking (monitoring) om diefstal tegen te gaan). Even los van het feit dat er maar weinig locaties zijn die dan weer passen in een postcoderoos (zucht).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.